Acht veelgemaakte fouten bij het afvallen

Acht veelgemaakte fouten bij het afvallen

1. Op één ding focussen

De sleutel tot succesvol afvallen is om te beseffen dat er niet één sleutel is tot succes. Veel mensen gaan als een malle sporten, maar veranderen vervolgens niets aan hun voeding. Anderen gaan juist vooral gezonder eten, maar nauwelijks bewegen. Dat is niet goed. Afvallen doe je door veel kleine dingen in je leefstijl te veranderen, vooral op het gebied van voeding en sport. Zelfs de beste voeding zal pas echt helpen als je ook voldoende beweegt. Naast wat je eet en hoe je sport kunnen bijvoorbeeld ook slaapgebrek, stress en drank- en drugsgebruik ervoor zorgen dat je niet afvalt. Focus dus niet op één ding, maar probeer zoveel mogelijk goede gewoontes te combineren.

2. Je kijkt te veel naar de weegschaal

Het is heel verleidelijk om je blind te staren op het getal dat je weegschaal aangeeft. Niet doen! Het gaat bij afvallen namelijk om veel meer dan gewicht. Vooral wanneer je net begint zal eerst de samenstelling van je lichaam veranderen, voordat je daadwerkelijk lichter wordt. Je zult meer spiermassa krijgen en minder vet. Spieren zijn zwaarder dan vet, dus je kunt best vet verliezen en toch aankomen! Bovendien fluctueert je gewicht dagelijks tot wel 1,5 tot 2 kilo, afhankelijk van wat je eet en drinkt. Bij vrouwen spelen ook hormonen mee, die ervoor zorgen dat je meer of juist minder vocht vasthoudt en dus zwaarder of lichter wordt. Laat je dus niet ontmoedigen door je weegschaal!

3. Je wilt te snel afvallen

Stel realistische doelen. Afvallen op zich is namelijk al moeilijk genoeg. Als je te snel wilt afvallen, is de kans groot dat je opgeeft, om vervolgens weer terug te jojoën naar je oorspronkelijke gewicht. Je kunt beter een jaar lang iedere week 200 gram afvallen dan een maand lang 1 kilo per week en dan stoppen omdat je het niet kunt volhouden. In het eerste geval ben je na een jaar namelijk 10 kilo lichter. In het tweede ben je na een maand 4 kilo lichter, maar een paar maanden later waarschijnlijk weer op je oude gewicht. Bovendien is te snel afvallen ook niet bepaald gezond, waardoor je stress krijgt en nadien weer vanzelf aankomt.

4. Zo min mogelijk vet willen eten

Je kent ze vast wel: vetarme dieetproducten ter vervanging van traditionele lekkernijen. Op zich is het goed om te minderen met verzadigde vetten, maar het probleem van dit soort producten is dat ze vaak boordevol suiker zitten om toch nog enigszins eetbaar te zijn. En daar val je dus niet van af. In tegendeel: suiker is misschien nog wel een grotere dikmaker dan vet. Bedenk dat vet met mate helemaal niet slecht is als je gewicht wilt verliezen. Het ondersteunt allerlei belangrijke processen in je lichaam en zorgt voor een vol gevoel, zodat je er even tegenaan kunt. Probeer wel zoveel mogelijk gezonde, onverzadigde vetten te eten. Je vindt deze onder andere in vette vis, noten en olijfolie.

5. Te weinig eiwitten binnenkrijgen

Ook eiwitten zorgen ervoor dat je jezelf verzadigd voelt en niet binnen de kortste keren opnieuw wilt eten. Te weinig eiwitten eten is dus niet handig als je wilt afvallen. Er is echter nog een veel belangrijkere reden waarom je genoeg eiwitten binnen moet krijgen. Eiwitten zijn namelijk onmisbare bouwstoffen voor je spieren. En spieren, die heb je nodig om calorieën te verbranden en af te vallen! Zorg er dus altijd voor dat je afvaldieet bestaat uit voldoende eiwitten, zodat je spieren sterk blijven en je vet kunt blijven verbranden. Goede bronnen van eiwitten zijn vlees, vis, zuivel, bonen en proteïneshakes.

6. Je eet en drinkt te veel tussendoor

De meeste mensen onderschatten ruimschoots het aantal kilocalorieën dat ze binnenkrijgen op een dag. Gek genoeg is dit vooral bij mensen die hun maaltijden tot op de calorie nauwkeurig afmeten. Ze houden vaak geen rekening met tussendoortjes en drankjes, omdat dat ‘toch maar kleine hapjes’ zijn. Nou niet dus! Wist je bijvoorbeeld dat in een glas ‘gezonde’ sinaasappelsap maar liefst 7 suikerklontjes zitten en 110 kilocalorieën? En een halve zak chips, ofwel 100 gram? Ruim 500 kilocalorieën! Dat is allesbehalve weinig als je bedenkt dat je ongeveer 1000 tot 1500 kilocalorieën binnen mag krijgen per dag om af te vallen. Laat dus de chips en zoete drank staan en neem eiwitrijke tussendoortjes voor de snelle trek en water voor de dorst.

7. Te veel sporten

Je moet bewegen om ervoor te zorgen dat je voldoende calorieën verbrandt en je spiermassa groeit of minstens op peil blijft. Soms gaan mensen hier echter wat te ver in, wat een averechts effect geeft. Als je bijvoorbeeld lang niet hebt gesport, en je gaat in één keer iedere dag hardlopen of te zwaar te trainen, loop je een grote kans op blessures. En met een blessure kan je vervolgens helemaal niet sporten tot deze weken later pas weer genezen is. Ook kan te veel fitness er toe leiden dat je jouw lichaam uitput. Hierdoor zal je lichaam cortisol aanmaken, wat zorgt voor stress, zin in vet en zoet eten en een langzamere stofwisseling. Oftewel: je zal snel weer aankomen. Heb je moeite met het vinden van een goede balans tussen rust en beweging? Maak dan gebruik van een fitnessschema.

8. Geen goede balans tussen cardio- en krachttraining

Over het belang van een goede balans tussen krachttraining en cardio heeft Mee-Ling een mooi artikel geschreven. Cardiotraining is belangrijk, omdat je daarmee in korte tijd veel calorieën kunt verbranden. Krachttraining is ook belangrijk, omdat je daarmee spieren kweekt die ervoor zorgen dat je ook tijdens rustmomenten (afterburneffect) en trainingen in de toekomst meer calorieën verbrandt. Een veelgemaakte fout is dan ook om te focussen op één trainingsvorm. Niet optimaal!